Nadat ik 20 uur lang nagenoeg onafgebroken tussen de 20 en 25 knopen wind heb gehad lig ik uitgeput met de boot te dobberen voor de haven van San Miguel op Tenerife. Een paar uur vroeger dan gepland, de gemiddelde snelheid was met bijna 8 knopen hoger dan normaal. De wind is net weggevallen, het is 5 uur in de ochtend en nog donker, de aanloop naar de haven lijkt wat lastig. Ik maak een cappuccino om een beetje warm te worden, en ga daarna maar mijn tanden poetsen om wakker te blijven totdat het wat lichter is zodat ik een plekje in de haven kan zoeken. En vervolgens mijn bed in te duiken. Dat wakker blijven is echter lastig, dus ga ik de boot maar klaar maken om aan te leggen. En vervolgens toch de haven in te varen. De havenmeester ziet me gelukkig al snel aankomen, maar zegt dat er nog geen plek voor mij is. Hij snapt gelukkig ook dat dit een beetje slecht uitkomt, en wijst me vervolgens de weg naar een hoekje achter in de haven aan een betonnen kade. Ondanks de vermoeidheid manouvreer ik de boot vlak langs allerlei steigers en andere boten. Wanneer de boot vastligt duik ik mijn bed in, om ruim een uur later wakker te worden van geklop op de boot. Althans daar lijkt het op. Ik negeer het in eerste instantie, maar ga uiteindelijk toch even kijken. Net op tijd, want ik was even vergeten dat ik niet aan een drijvende steiger lig, maar aan een stugge betonnen kade. En die zakt niet mee als het waterpeil wel zakt. De lijnen staan dus strak, de bolders kraken. Ik kan ze nog net wat losser maken, en ga snel naar het havenkantoor om te zien of ze inmiddels een andere plek voor me hebben. Een uur, en een koffie op de Barnstormer, later verplaats ik met hulp van Thijs van de Sailaway de boot naar een andere plek. Mezelf verwonderend over het kleine gaatje waar ik de boot een paar uur eerder in z'n achteruit door naar binnen heb gevaren...
Nadat ik goed en wel vast lig ga ik de boot afspuiten. Die is helemaal zout van het vele overkomende water, zoals boven op het raam een beetje te zien is. Voor het eerst sinds we deze boot hebben heb ik met een dubbel gereven grootzeil gevaren en een deels ingerold voorzeil. De zogenaamde acceleratiezones naast en ten zuiden van de eilanden geven in korte tijd veel extra wind, die versnellingen moet je voor zijn. Ik heb ook veel op de hand gestuurd, dat was wederom een nieuwe ervaring. Normaal doet Henk, de automatische piloot, al het zware werk. Maar wel fijn om zelf aan het roer te zitten bij de snelle veranderingen in wind en golven. Bij het solozeilen echter een beetje onhandig, alleen voor de hoogst noodakelijk dingen ging ik even naar binnen. Verder bijna onafgebroken op het stuurbankje gezeten. Dus blij dat ik er nu ben, langer dan 24 uur had ik dit niet volgehouden. Hoe mooi de tocht ook was.
zondag 18 november 2012
vrijdag 16 november 2012
Een weekje solo(zeilen)
We vermaken ons prima in het rustige Gran Tarajal. De haven ligt vol met gezellige boten, het dorpje heeft veel speeltuinen met aangrenzende terrasjes. Er is kermis, en Jesse kan weer dansen op het dorpsplein. We regelen van alles voor de aankomende bruiloft en pakken langzaam de tas in voor Nicole en Jesse die vanaf hier naar Nederland vliegen.
En niet te vergeten, elke ochtend is er wel een graafmachine op het strand, feest dus!
Nadat ik Nicole en Jesse op het vliegveld heb afgezet ben ik nu begonnen aan een grote schoonmaak van de boot, en zeil ik wanneer de wind het toelaat richting Tenerife waar we voor een maand een ligplaats gereserveerd hebben in de marina van San Miguel. Ik hoop morgen los te kunnen gooien, al is de wind nog wel wat stevig en kan ik wat extra's verwachten bij de zogenaamde acceleratiezones ten zuiden van Gran Canaria. Via het noorden zou ook kunnen, maar dan vaar ik teveel tegen de golven in, ook niet prettig. We zullen zien, voor het eerst 24 uur lang solozeilen...
En niet te vergeten, elke ochtend is er wel een graafmachine op het strand, feest dus!
Nadat ik Nicole en Jesse op het vliegveld heb afgezet ben ik nu begonnen aan een grote schoonmaak van de boot, en zeil ik wanneer de wind het toelaat richting Tenerife waar we voor een maand een ligplaats gereserveerd hebben in de marina van San Miguel. Ik hoop morgen los te kunnen gooien, al is de wind nog wel wat stevig en kan ik wat extra's verwachten bij de zogenaamde acceleratiezones ten zuiden van Gran Canaria. Via het noorden zou ook kunnen, maar dan vaar ik teveel tegen de golven in, ook niet prettig. We zullen zien, voor het eerst 24 uur lang solozeilen...
maandag 12 november 2012
In de ban van de ring
Nog een maand te gaan voor onze bruiloft in Nederland, als ik op de steiger van de haven bij Gran Tarajal in gesprek kom met Anja Sanchez. Anja blijkt goudsmit te zijn. Ze heeft haar opleiding in Duitsland genoten en is nu met haar Spaanse man, met de bijnaam Gandalf, aan het reizen per zeilboot. Onze ontmoeting moet voorbestemd zijn. Op ons to-do-lijstje stond nog steeds: ringen uitzoeken.
Ik ga direct naar Yme om te vertellen dat ik een goudsmit heb gevonden, die voor ons trouwringen kan maken. Hij vindt het idee prachtig. Samen met Anja bespreken we onze wensen. Eigenlijk gewoon een hele simpele trouwring. Voor mij het liefst met een diamantje erin. Helaas is deze niet te vinden, althans geen waarvan Anja durft te garanderen dat die echt is. Maar het is mogelijk later een steen erin te laten zetten.
Zij komt met staafjes goud naar onze boot, waarvan wij een ring mogen maken. Yme die van mij, ik die van Yme. Dat dit nog niet zo makkelijk is blijkt uit het resultaat van mijn ring, gemaakt door Yme. De foto spreekt voor zich.
Daarna verplaatsen wij ons naar de boot van Anja en Gandalf waar zij onze ringen rond maakt en mooi afwerkt. We moeten nog even wennen aan zo'n ring rond onze vinger, helemaal nu we al in geen half jaar sieraden hebben gedragen. Maar ik weet zeker dat iedere keer als we naar onze ringen kijken we aan een prachtig moment terug denken en ook aan onze mooie reis.
En dan natuurlijk het eindresultaat, gepresenteerd op een borrel met alle andere Nederlandse boten in de haven!
Ik ga direct naar Yme om te vertellen dat ik een goudsmit heb gevonden, die voor ons trouwringen kan maken. Hij vindt het idee prachtig. Samen met Anja bespreken we onze wensen. Eigenlijk gewoon een hele simpele trouwring. Voor mij het liefst met een diamantje erin. Helaas is deze niet te vinden, althans geen waarvan Anja durft te garanderen dat die echt is. Maar het is mogelijk later een steen erin te laten zetten.
Zij komt met staafjes goud naar onze boot, waarvan wij een ring mogen maken. Yme die van mij, ik die van Yme. Dat dit nog niet zo makkelijk is blijkt uit het resultaat van mijn ring, gemaakt door Yme. De foto spreekt voor zich.
Daarna verplaatsen wij ons naar de boot van Anja en Gandalf waar zij onze ringen rond maakt en mooi afwerkt. We moeten nog even wennen aan zo'n ring rond onze vinger, helemaal nu we al in geen half jaar sieraden hebben gedragen. Maar ik weet zeker dat iedere keer als we naar onze ringen kijken we aan een prachtig moment terug denken en ook aan onze mooie reis.
En dan natuurlijk het eindresultaat, gepresenteerd op een borrel met alle andere Nederlandse boten in de haven!
zondag 11 november 2012
Vakantie in de vakantie, van reservaat naar reservaat
Nadat wij weer zijn bijgekomen van de reddingsoperatie van Jesse, nu een korte samenvatting van de heerlijke week vakantie die daaraan vooraf ging. Met Jesse is overigens echt helemaal niks aan de hand. Hij is vrolijk, ondeugend, kletst de oren van je kop, wilt 's ochtends chips en ijs, en 's middags en 's avonds ook, en als hij niet zijn zin krijgt wordt hij nog steeds af en toe driftig. Dank voor alle lieve reacties! Hier nog een foto van mij en Jesse met een van de redders in nood...
Even terug naar een week of twee geleden, we liggen dan in Marina Rubicon. Na het middagslaapje van Jesse stappen wij in de taxi naar Puerto del Carmen. Oeps, de meter tikt wel heel snel door. We hadden beter een auto kunnen huren, dan waren we goedkoper uit geweest. Het is een mooi, ruim opgezet hotel, Seaside Hotel Los Jameos Playa. Jesse en ik staan op de uitkijk en rennen naar elke bus die aan komt rijden. Daar zijn ze dan. Het is fijn om iedereen weer te zien en het is mooi om te zien hoe vertrouwd Jesse is met zijn nichtje en neefjes. We eten van het buffet, met glutenvrij ijs, lekker!! De dagen erna relaxen we in het zwembad en op de zonnebedjes.
Midden in de week besluiten we om een dagje te gaan varen met de familie. Vol goede moed stappen we in de gehuurde auto´s om naar Marina Rubicon te rijden. Snel boodschappen doen en losgooien. Dat gebeurt misschien iets te snel, want we zijn nog geen vijf minuten buiten op zee of de vissen worden al gevoerd. De een na de ander gaat voor de bijl, we besluiten de boot stil te leggen, alle reddingsmiddelen over boord te gooien, en daarna iedereen bij te laten komen in het lekkere zeewater. Dat we een week eerder van de Ostrea hoorden dat het hier wemelt van de hamerhoofdhaaien vertellen we later wel;-) Het zwemmen heeft echter ook niet helemaal het goede effect, al genieten de vissen er wel van. Het levert in elk geval wel leuke plaatjes op.
Nadat we nog een tevergeefse poging doen om bij Papagayo voor anker te gaan, de deining is veel te hoog, besluiten we om terug te varen naar de haven. Daar sluiten we ons aan bij alle andere Nederandse kinderboten die heerlijk aan het zwembad liggen, voordat we teruggaan naar het hotel en Yme daarmee een historische mannenavond in Rubicon misloopt.
Op Lanzarote brengen we de dag erna een bezoek aan de vulkaan, het Timanfaya National Park. Een prachtig maanlandschap.
Maar na twee van die intensieve dagen, brengen we de rest van de week weer door aan het zwembad. Druk met het verzamelen van alle adressen, zodat de uitnodigingen de deur uit kunnen.
Een paar dagen later verlaten we het hotelreservaat en keren terug in het jachthavenreservaat. Het valt ons niet mee om direct weer los te gooien, we zijn teveel gewend aan het echte vakantieritme. Dankjewel, papa, voor deze heerlijke vakantie. We liggen nog wat dagen in Rubicon, ook al omdat er behoorlijke stormwinden voorspeld worden. Die blijken uiteindelijk wel mee te vallen, op Lanzarote althans, maar het is een goed excuus om lui te blijven liggen voordat we dan uiteindelijk toch maar los gaan gooien om richting Fuerteventura te varen. We worden namelijk jaloers op het grootste broertje van onze boot ;-).
De eerste avond in Fuerteventura gaan we bij het eilandje Lobos voor anker, maar daar liggen we uiteindelijk maar een paar uur voordat we met spoed, en hulp van de Guardia Civil, Jesse naar het ziekenhuis brengen. Na die ervaring besluiten we om lekker dichtbij Corralejo voor anker te blijven liggen, een echt surfstadje. Ook de Sailaway ligt daar, en met hun eten we een avondje heerlijk Indiaas terwijl alle kids de sterren van de hemel dansen op het dorpsplein.
Aangezien we zo langzamerhand zonder water komen te zitten en de wind het ankeren wat onrustig lijkt te gaan maken besluiten we om verder te varen richting Gran Tarajal aan de zuidkant van Fuerteventura. Jesse en ik gaan slapen, Yme gooit even na middernacht los om precies aan te komen als wij onze ogen openen. Dat is weer een makkelijk tochtje.
Even terug naar een week of twee geleden, we liggen dan in Marina Rubicon. Na het middagslaapje van Jesse stappen wij in de taxi naar Puerto del Carmen. Oeps, de meter tikt wel heel snel door. We hadden beter een auto kunnen huren, dan waren we goedkoper uit geweest. Het is een mooi, ruim opgezet hotel, Seaside Hotel Los Jameos Playa. Jesse en ik staan op de uitkijk en rennen naar elke bus die aan komt rijden. Daar zijn ze dan. Het is fijn om iedereen weer te zien en het is mooi om te zien hoe vertrouwd Jesse is met zijn nichtje en neefjes. We eten van het buffet, met glutenvrij ijs, lekker!! De dagen erna relaxen we in het zwembad en op de zonnebedjes.
Midden in de week besluiten we om een dagje te gaan varen met de familie. Vol goede moed stappen we in de gehuurde auto´s om naar Marina Rubicon te rijden. Snel boodschappen doen en losgooien. Dat gebeurt misschien iets te snel, want we zijn nog geen vijf minuten buiten op zee of de vissen worden al gevoerd. De een na de ander gaat voor de bijl, we besluiten de boot stil te leggen, alle reddingsmiddelen over boord te gooien, en daarna iedereen bij te laten komen in het lekkere zeewater. Dat we een week eerder van de Ostrea hoorden dat het hier wemelt van de hamerhoofdhaaien vertellen we later wel;-) Het zwemmen heeft echter ook niet helemaal het goede effect, al genieten de vissen er wel van. Het levert in elk geval wel leuke plaatjes op.
Nadat we nog een tevergeefse poging doen om bij Papagayo voor anker te gaan, de deining is veel te hoog, besluiten we om terug te varen naar de haven. Daar sluiten we ons aan bij alle andere Nederandse kinderboten die heerlijk aan het zwembad liggen, voordat we teruggaan naar het hotel en Yme daarmee een historische mannenavond in Rubicon misloopt.
Op Lanzarote brengen we de dag erna een bezoek aan de vulkaan, het Timanfaya National Park. Een prachtig maanlandschap.
Maar na twee van die intensieve dagen, brengen we de rest van de week weer door aan het zwembad. Druk met het verzamelen van alle adressen, zodat de uitnodigingen de deur uit kunnen.
Een paar dagen later verlaten we het hotelreservaat en keren terug in het jachthavenreservaat. Het valt ons niet mee om direct weer los te gooien, we zijn teveel gewend aan het echte vakantieritme. Dankjewel, papa, voor deze heerlijke vakantie. We liggen nog wat dagen in Rubicon, ook al omdat er behoorlijke stormwinden voorspeld worden. Die blijken uiteindelijk wel mee te vallen, op Lanzarote althans, maar het is een goed excuus om lui te blijven liggen voordat we dan uiteindelijk toch maar los gaan gooien om richting Fuerteventura te varen. We worden namelijk jaloers op het grootste broertje van onze boot ;-).
De eerste avond in Fuerteventura gaan we bij het eilandje Lobos voor anker, maar daar liggen we uiteindelijk maar een paar uur voordat we met spoed, en hulp van de Guardia Civil, Jesse naar het ziekenhuis brengen. Na die ervaring besluiten we om lekker dichtbij Corralejo voor anker te blijven liggen, een echt surfstadje. Ook de Sailaway ligt daar, en met hun eten we een avondje heerlijk Indiaas terwijl alle kids de sterren van de hemel dansen op het dorpsplein.
Aangezien we zo langzamerhand zonder water komen te zitten en de wind het ankeren wat onrustig lijkt te gaan maken besluiten we om verder te varen richting Gran Tarajal aan de zuidkant van Fuerteventura. Jesse en ik gaan slapen, Yme gooit even na middernacht los om precies aan te komen als wij onze ogen openen. Dat is weer een makkelijk tochtje.
zaterdag 3 november 2012
Ademnood op de boot
Je kind verliezen is het ergste dat je kan overkomen. Wij liggen voor anker bij het eilandje Lobos voor de kust van Fuerteventura als we na het eten, dat Jesse niet wil eten, Jesse naar bed gaan brengen. Hij lijkt weer een kloofje bij zijn oor te hebben, dus we willen er wat zalf opsmeren. Jesse heeft hier een bepaalde angst voor ontwikkeld. Hij kan helemaal over de rooie gaan. Hij houdt zijn adem in, voordat hij heel hard gaat huilen. Ook deze keer houdt hij zijn adem in. Maar in plaats van dat hij binnen een paar seconden gaat huilen, lijkt hij erin te blijven, hij lijkt te stikken. Hij wordt blauw, nog blauwer, heel donkerblauw. Zijn ogen tollen. Hij is zo stijf als een plank. "Jesse, kom nou. Jesse, Jesse..." roepen we. "Wat moet ik doen?", vraagt Yme zich reddeloos af. Ik ren de salon in en bel 112 met de mobiele telefoon. "My baby, my baby....", zijn de enige woorden die ik uit kan brengen. Maar al snel herstel ik en leg de situatie met angst in mijn stem uit. "Hold on a moment." Het lijkt minuten te duren en Jesse ademt nog steeds niet. Yme doet een poging om mond-op-mond beademing te geven. Er komt iemand aan de telefoon die beter Engels spreekt. We liggen voor anker, zijn midden op zee, de dichtstbijzijnde haven is een half uur varen. Intussen heeft Yme met Jesse op zijn arm via kanaal 16 een noodoproep met de marifoon gedaan. Ik moet naar mijn kind. En dan hoor ik Jesse, niet luid, maar hij is er weer. Na twee minuten ademt hij weer. We leggen hem op zijn zij op de bank en hij slaapt.
We moeten zo snel mogelijk naar de haven van Corralejo. De ambulance wacht ons op. Als Yme het anker op haalt, weigert opeens de elektrische lier. NIET NU, alsjeblieft!!! Yme is helder en vermoedt dat het de zekering is. Hij zet de schakelaar weer terug en we halen het anker op. Ik luister of ik de ademhaling van Jesse hoor. Hij ligt heel rustig. Maar slaapt hij, of is hij in een coma? Ik meet zijn temperatuur en die daalt. We zijn er niet gerust op. Ik roep de hulpdiensten weer op. Er is al een boot van de Guardia Civil onderweg. We zien inderdaad zwaailichten. We moeten een sein geven, zodat ze ons kunnen vinden. De lichten van onze boot gaan aan en uit, aan en uit, aan en uit, ... Ze hebben ons gezien en zijn echt heel snel bij ons. Zijn die witte ongezellige LED-lampen toch nog ergens goed voor. Ik stap zo snel als ik kan bij hun aan boord met een nog steeds slapende Jesse in mijn armen. De boot van de Guardia Civil geeft vol gas. Yme achterlatend in hoge golven.
Binnen vijf minuten zijn wij in de haven van Corralejo. Jesse wordt overgenomen door de arts en in de ambulance gelegd. Daar komt hij bij, grote ogen van schrik en hij zet het op een schreeuwen. O, wat vind ik het fijn om hem zo te horen krijsen. Op andere momenten denk ik daar toch echt anders over. Jesse trekt het slangetje met zuurstof uit zijn neus, het masker wordt ook heftig weggeduwd. Wij rijden naar de eerste hulpdienst in Corralejo. Daar willen ze verdere onderzoeken doen, maar Jesse werkt geenzins mee. Met een prikje in zijn vinger wordt zijn glucosewaarde gemeten. Extreem hoog. Misschien heeft hij diabetes en was het een hypo, of het was een epileptische aanval. Er moet een specialist naar kijken en dus zullen we met de ambulance naar Puerto del Rosario worden gebracht waar het enige ziekenhuis van Fuerteventura staat. Zo'n 40 kilometer van Corralejo. Yme en ik houden contact via de handmarifoon en via de sms. Inmiddels is Jesse weer rustig en in slaap gevallen op mijn schoot bij de eerste hulp. We wachten op de ambulance om ons naar het ziekenhuis te brengen.
Intussen heeft Yme samen met een man van de Guardia Civil de boot naar de haven van Corralejo gebracht. Er is geen plaats in de haven, dus er moet geankerd worden. In het donker is het lastig om te zien wat daarvoor de beste plek is, maar al snel ziet Yme twee bekende boten met een nog wakkere bemanning. De Duitse Amzer Zo en de Nederlandse Sailaway. Als de boot bij de tweede keer goed ligt komt Thijs van de Sailaway Yme van de boot halen zodat de Guardia Civil hem naar de eerste hulp kan brengen met wat knuffels en kleren voor Jesse.
In de ambulance is eigenlijk geen plek voor Yme, maar de Guardia Civil regelt dat hij toch mee mag. We rijden naar het ziekenhuis. Jesse slaapt de hele rit. In het ziekenhuis zie ik pas dat Yme zo ongeveer de hele inboedel van onze boot heeft meegenomen. Een grote weekendtas vol met kleding, voor Jesse en voor mij. De laptop, de luiertas, en mijn handtas. De verpleegsters moeten lachen als ze al die rommel zien.
Er komt weer een arts om Jesse te onderzoeken. Jesse raakt weer behoorlijk overstuur. Zijn handaap en -kikker doen hun uiterste best om Jesse rustig te krijgen. Als er later bloed afgenomen moet worden, mogen we er niet bij zijn omdat hij dan rustiger zou zijn. Hij wordt meegenomen en we horen hem het hele ziekenhuis bij elkaar gillen. Weer terug bij ons laat hij ons stoer zijn pleister zien. We moeten wachten op de resultaten. Het is inmiddels elf uur en Yme en ik zijn behoorlijk moe, alleen Jesse lijkt steeds wakkerder te worden. Hij begint weer praatjes te krijgen, kan weer lachen en speelt kiekeboe met de verpleegsters.
De arts heeft een diagnose gesteld en overhandigd ons informatie in het engels. BHS, Breath Holding Spells. Een kind houdt zijn adem in op momenten dat hij een driftbui heeft, stress ervaart, pijn heeft. Hierdoor stroomt er niet genoeg zuurstof naar de hersenen. Het kind kleurt blauw om de mond en in erge gevallen dus helemaal blauw. Het kind wordt slap of helemaal stijf, kan flauwvallen, maar als dat gebeurt keert de ademhaling vanzelf weer terug. Dit duurt meestal niet langer dan twee minuten. De uitslagen van het bloed zijn goed en we mogen naar huis.
Als we om kwart over een weer bij de haven aankomen, staat Thijs ons al op te wachten. Hij heeft ons een lift gegeven naar de boot en we zijn als een blok in slaap gevallen. Af en toe wakker wordend met dat nare beeld van een blauwe Jesse op mijn netvlies.
Wij zijn alle mensen die ons hebben geholpen heel dankbaar. De reddingsactie kwam heel snel op gang. De mensen van 112, van Radio Las Palmas, de Guardia Civil, het ambulancepersoneel, de artsen bij de eerste hulp en de artsen en verpleegsters in het ziekenhuis van Puerto del Rosario, de taxichauffeur, Frank voor het opletten op de boot, Thijs en Suzanne voor hun medeleven en dinghytaxi.
Achteraf valt het dus wel mee, Jesse rent gewoon weer rond in de speeltuin met Enza, maar dat weet je niet op het moment dat je je kind ziet wegvallen.
We moeten zo snel mogelijk naar de haven van Corralejo. De ambulance wacht ons op. Als Yme het anker op haalt, weigert opeens de elektrische lier. NIET NU, alsjeblieft!!! Yme is helder en vermoedt dat het de zekering is. Hij zet de schakelaar weer terug en we halen het anker op. Ik luister of ik de ademhaling van Jesse hoor. Hij ligt heel rustig. Maar slaapt hij, of is hij in een coma? Ik meet zijn temperatuur en die daalt. We zijn er niet gerust op. Ik roep de hulpdiensten weer op. Er is al een boot van de Guardia Civil onderweg. We zien inderdaad zwaailichten. We moeten een sein geven, zodat ze ons kunnen vinden. De lichten van onze boot gaan aan en uit, aan en uit, aan en uit, ... Ze hebben ons gezien en zijn echt heel snel bij ons. Zijn die witte ongezellige LED-lampen toch nog ergens goed voor. Ik stap zo snel als ik kan bij hun aan boord met een nog steeds slapende Jesse in mijn armen. De boot van de Guardia Civil geeft vol gas. Yme achterlatend in hoge golven.
Binnen vijf minuten zijn wij in de haven van Corralejo. Jesse wordt overgenomen door de arts en in de ambulance gelegd. Daar komt hij bij, grote ogen van schrik en hij zet het op een schreeuwen. O, wat vind ik het fijn om hem zo te horen krijsen. Op andere momenten denk ik daar toch echt anders over. Jesse trekt het slangetje met zuurstof uit zijn neus, het masker wordt ook heftig weggeduwd. Wij rijden naar de eerste hulpdienst in Corralejo. Daar willen ze verdere onderzoeken doen, maar Jesse werkt geenzins mee. Met een prikje in zijn vinger wordt zijn glucosewaarde gemeten. Extreem hoog. Misschien heeft hij diabetes en was het een hypo, of het was een epileptische aanval. Er moet een specialist naar kijken en dus zullen we met de ambulance naar Puerto del Rosario worden gebracht waar het enige ziekenhuis van Fuerteventura staat. Zo'n 40 kilometer van Corralejo. Yme en ik houden contact via de handmarifoon en via de sms. Inmiddels is Jesse weer rustig en in slaap gevallen op mijn schoot bij de eerste hulp. We wachten op de ambulance om ons naar het ziekenhuis te brengen.
Intussen heeft Yme samen met een man van de Guardia Civil de boot naar de haven van Corralejo gebracht. Er is geen plaats in de haven, dus er moet geankerd worden. In het donker is het lastig om te zien wat daarvoor de beste plek is, maar al snel ziet Yme twee bekende boten met een nog wakkere bemanning. De Duitse Amzer Zo en de Nederlandse Sailaway. Als de boot bij de tweede keer goed ligt komt Thijs van de Sailaway Yme van de boot halen zodat de Guardia Civil hem naar de eerste hulp kan brengen met wat knuffels en kleren voor Jesse.
In de ambulance is eigenlijk geen plek voor Yme, maar de Guardia Civil regelt dat hij toch mee mag. We rijden naar het ziekenhuis. Jesse slaapt de hele rit. In het ziekenhuis zie ik pas dat Yme zo ongeveer de hele inboedel van onze boot heeft meegenomen. Een grote weekendtas vol met kleding, voor Jesse en voor mij. De laptop, de luiertas, en mijn handtas. De verpleegsters moeten lachen als ze al die rommel zien.
Er komt weer een arts om Jesse te onderzoeken. Jesse raakt weer behoorlijk overstuur. Zijn handaap en -kikker doen hun uiterste best om Jesse rustig te krijgen. Als er later bloed afgenomen moet worden, mogen we er niet bij zijn omdat hij dan rustiger zou zijn. Hij wordt meegenomen en we horen hem het hele ziekenhuis bij elkaar gillen. Weer terug bij ons laat hij ons stoer zijn pleister zien. We moeten wachten op de resultaten. Het is inmiddels elf uur en Yme en ik zijn behoorlijk moe, alleen Jesse lijkt steeds wakkerder te worden. Hij begint weer praatjes te krijgen, kan weer lachen en speelt kiekeboe met de verpleegsters.
De arts heeft een diagnose gesteld en overhandigd ons informatie in het engels. BHS, Breath Holding Spells. Een kind houdt zijn adem in op momenten dat hij een driftbui heeft, stress ervaart, pijn heeft. Hierdoor stroomt er niet genoeg zuurstof naar de hersenen. Het kind kleurt blauw om de mond en in erge gevallen dus helemaal blauw. Het kind wordt slap of helemaal stijf, kan flauwvallen, maar als dat gebeurt keert de ademhaling vanzelf weer terug. Dit duurt meestal niet langer dan twee minuten. De uitslagen van het bloed zijn goed en we mogen naar huis.
Als we om kwart over een weer bij de haven aankomen, staat Thijs ons al op te wachten. Hij heeft ons een lift gegeven naar de boot en we zijn als een blok in slaap gevallen. Af en toe wakker wordend met dat nare beeld van een blauwe Jesse op mijn netvlies.
Wij zijn alle mensen die ons hebben geholpen heel dankbaar. De reddingsactie kwam heel snel op gang. De mensen van 112, van Radio Las Palmas, de Guardia Civil, het ambulancepersoneel, de artsen bij de eerste hulp en de artsen en verpleegsters in het ziekenhuis van Puerto del Rosario, de taxichauffeur, Frank voor het opletten op de boot, Thijs en Suzanne voor hun medeleven en dinghytaxi.
Achteraf valt het dus wel mee, Jesse rent gewoon weer rond in de speeltuin met Enza, maar dat weet je niet op het moment dat je je kind ziet wegvallen.
Abonneren op:
Posts (Atom)